Werkgevers zien hun (goede) werknemers niet graag naar een concurrent vertrekken. Zeker niet nu de arbeidsmarkt aantrekt en het vinden van geschikte werknemers steeds lastiger wordt. In veel arbeidsovereenkomsten wordt daarom een concurrentiebeding opgenomen. Wat als in de schriftelijke arbeidsovereenkomst met jouw werknemer een concurrentiebeding is opgenomen en de werknemer vervolgens werkzaamheden gaat verrichten voor een zustermaatschappij. Is deze werknemer dan nog gebonden aan zijn eerdere non-concurrentiebeding?
Schriftelijk concurrentiebeding
Op 19 januari 2009 trad de werknemer in dienst bij BL International op basis van een contract voor bepaalde tijd. Op 19 januari 2010 sloten partijen een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd waarin een non-concurrentiebeding met een looptijd van één jaar was opgenomen. Beide partijen ondertekenden deze arbeidsovereenkomst.
Overstap naar zustermaatschappij
Per 1 januari 2017 verrichtte de werknemer werkzaamheden voor BL Special Promotions (een zustermaatschappij van BL International). In dit kader overhandigde BL Special Promotions op 2 januari 2017 een door haar ondertekende arbeidsovereenkomst aan deze werknemer. In deze arbeidsovereenkomst was opnieuw een non-concurrentiebeding opgenomen. De werknemer ondertekende deze schriftelijke arbeidsovereenkomst inclusief het non-concurrentiebeding niet.
Opzegging arbeidsovereenkomst
Bij brief van 18 december 2017 zegde de werknemer zijn dienstverband op per 1 januari 2018. Deze brief was gericht aan BL Special Promotions. Hierop berichtte BL International bij brief van 21 december 2017 aan werknemer dat zij ervan uitging dat de opzegging aan haar was gericht en dat de werknemer aan het non-concurrentiebeding met BL International was gebonden.
Kort geding over non-concurrentiebeding
BL International startte een kort geding met de vraag of de werknemer is gebonden aan het non-concurrentiebeding, zoals opgenomen in de met BL International overeengekomen arbeidsovereenkomst van 19 januari 2010.
Gebonden aan het non-concurrentiebeding?
Het gerechtshof is het met de kantonrechter eens dat vaststaat dat er een mondelinge arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen tussen de werknemer en BL Special Promotions met ingang van 1 januari 2017. Dat de werknemer de schriftelijke overeenkomst met BL Special Promotions niet had ondertekend, doet niet af aan het feit dat werknemer wel werkzaamheden verrichtte en zijn salaris uitsluitend van BL Special Promotions ontving. Aangezien de werknemer de arbeidsovereenkomst met BL Special Promotions niet ondertekende, was er niet voldaan aan het wettelijke vereiste dat een non-concurrentiebeding schriftelijk moet worden aangegaan. De werknemer was dus niet gebonden aan het non-concurrentiebeding uit zijn mondelinge arbeidsovereenkomst met BL Special Promotions.
Verstrijken van non-concurrentiebeding
Vervolgens oordeelt het gerechtshof dat de arbeidsovereenkomst tussen BL International en de werknemer met ingang van 1 januari 2017 met wederzijds goedvinden is beëindigd. Immers, vanaf die datum verrichtte de werknemer werkzaamheden voor BL Special Promotions en betaalde BL International geen loon meer aan de werknemer. Om die reden is de periode van één jaar waarin het met BL International overeengekomen non-concurrentiebeding geldig was, op 1 januari 2018 verstreken. De werknemer kon dan ook op 1 februari 2018 bij een andere werkgever in dienst treden.
Juridisch advies
Het Nederlandse arbeidsrecht stelt hoge eisen aan het overeenkomen van een geldig non-concurrentiebeding, met name in arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. Wilt u een non-concurrentiebeding overeenkomen met uw werknemer of heeft u een arbeidsovereenkomst ontvangen waarin een non-concurrentiebeding is opgenomen en twijfelt u of het beding geldig is? Een arbeidsrechtjurist kan u informeren over hoe het zit met de geldigheid van een non-concurrentiebeding en de mogelijkheden om een non-concurrentiebeding aan te tasten. Aarzel niet om contact op te nemen als u hierover vragen heeft.