
Een van de belangrijkste verplichtingen van een werkgever is dat hij tijdig het loon betaalt. Om de werkgever te stimuleren dat hij dat ook daadwerkelijk doet, bepaalt de wet dat een werkgever een verhoging van het loon moet betalen voor elke dag dat hij het loon te laat betaalt. Desondanks kunt u als werknemer ermee geconfronteerd worden dat uw werkgever het loon niet of te laat betaalt. Er hoeft echter geen sprake te zijn van boze opzet, wellicht is er administratief iets fout gegaan. Informeer daarom altijd eerst bij uw werkgever en vraag (schriftelijk) om alsnog het loon te betalen, voordat u juridische stappen zet.
Op het moment dat uw loon niet op tijd wordt betaald, kunt u een loonvordering bij de kantonrechter instellen. Bij achterstallig loon hebt u als werknemer niet alleen recht op het loon, maar ook op de wettelijke verhoging en rente. U hebt als werknemer 5 jaar de tijd om aanspraak te maken op achterstallig loon. Na 5 jaar vervalt uw recht hierop.
Uw werkgever is te laat met betalen vanaf het moment dat het loon opeisbaar is geworden. Dat is het moment waarop het loon volgens afspraak uitbetaald zou moeten worden. Vaak is in uw individuele arbeidsovereenkomst of collectieve arbeidsovereenkomst vastgelegd wanneer het loon opeisbaar is.
Zijn er geen schriftelijke afspraken gemaakt, dan moet uw werkgever het loon betalen na afloop van het tijdvak waarover het loon volgens de arbeidsovereenkomst moet worden betaald. Zo moet weekloon binnen een week worden betaald en maandloon binnen een maand. Als u per maand betaald krijgt, dan moet het loon over januari uiterlijk eind februari worden uitbetaald.
Als uw werkgever te laat betaalt, kan dit financiële gevolgen hebben. Als werknemer kunt u namelijk bij een te late betaling aanspraak maken op een wettelijke verhoging. Dat is een boete die uw werkgever moet betalen voor elke dag dat het loon te laat is betaald. Deze verhoging loopt op naarmate de tijd verstrijkt. Over de eerste drie werkdagen geldt geen verhoging. Van dag 4 t/m dag 8 is de verhoging 5% per dag van het brutoloon. Na de 8e werkdag komt daar 1% per dag bij. De wettelijke verhoging kan nooit meer zijn dan 50% van het loon.
Naast deze wettelijke verhoging kunt u als werknemer ook een wettelijke rente verlangen. Wettelijke rente is de rente die een schuldeiser in het algemeen kan vragen van een schuldenaar als er te laat wordt betaald. Dit geldt dus ook voor een te late loonbetaling.
U kunt een loonvordering instellen bij de kantonrechter om op die manier het achterstallig loon, de verhoging en de rente af te dwingen. U dient een loonvordering wel op tijd in te stellen. Uw aanspraak op achterstallig loon verloopt namelijk na vijf jaar. Wel is het mogelijk deze verjaring te stuiten, te verlengen dus. U maakt dan schriftelijk kenbaar dat u nog steeds aanspraak blijft houden op het achterstallig loon. Door stuiting van de verjaring begint een nieuwe verjaringstermijn te lopen op de dag volgend op de stuiting. Deze nieuwe termijn is gelijk aan de oorspronkelijke verjaringstermijn, 5 jaar dus. Wilt u deze termijn stuiten? Of wilt u achterstallig loon vorderen? Neem dan contact op met me op, zodat ik u hierbij kan helpen.
Houd er rekening mee dat de rechter de hoogte van de wettelijke verhoging kan matigen. De wettelijke rente kan niet gematigd worden. U maakt als werknemer aanspraak op verhoging als het aan de werkgever is toe te rekenen dat het loon niet betaald is. Een foutje van de bank valt daar niet onder.
Wilt u hierover meer weten, neem dan gerust contact op.