Een werknemer maakt al anderhalf jaar lang geluidsopnamen van gesprekken met het management, collega’s en klanten. Dat doet hij omdat hij verwacht in een rechtszaak terecht te komen met zijn werkgever. Is dit voldoende reden voor ontbinding?
Een senior sales consultant komt in januari 2017 bij zijn werkgever in dienst. Omdat hij in het eerste jaar zijn targets niet haalt, krijgt hij geen bonus. Maar hij krijgt wel een salarisverhoging. Nog geen drie maanden later, in maart 2017, krijgt hij een officiële waarschuwing voor het niet-naleven van instructies over het sales-proces. En in oktober van datzelfde jaar krijgt hij een tweede waarschuwing. Dit keer omdat hij zich negatief heeft uitgelaten tegenover zijn collega’s over een gesprek dat hij met de werkgever had. Op 30 oktober vertelt hij na afloop van een gesprek over zijn functioneren dat hij al anderhalf jaar lang gesprekken opneemt: gesprekken met het management, met collega’s en gesprekken met klanten. Daarmee heeft hij relevante informatie verzameld voor een eventuele rechtszaak tegen de werkgever, zegt hij. De werkgever is verbaasd en beraadt zich op maatregelen. De werknemer wordt per 3 november geschorst. Hij geeft aan dat hij verbaasd is over deze maatregel en zich beschikbaar houdt voor werk. Er wordt nog een poging gedaan om de arbeidsovereenkomst in onderling overleg te beëindigen maar daar komen de partijen niet uit. Ook mediation werkt niet. De werkgever verzoekt de kantonrechter om ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De bekentenis van de werknemer dat hij al zo lang in het geheim opnamen maakt, heeft geleid tot de conclusie dat de arbeidsrelatie is verstoord.
Het oordeel van de rechter
De rechter begint met het vaststellen dat de werknemer in strafrechtelijk opzicht niets verkeerd heeft gedaan. Het maken van geluidsopnames van een gesprek mag als de persoon die de opnames maakt zelf deelneemt aan het gesprek. De werknemer hoefde dus geen toestemming te vragen om de gesprekken op te nemen. Omdat hij verder niets met de opnames heeft gedaan, is ook de privacy van de anderen niet geschonden, aldus de rechter. Maar dat betekent niet dat het stiekem maken van geluidsopnamen van gesprekken op het werk niet leidt tot schending van het vertrouwen en tot verstoring van de arbeidsrelatie. De werknemer heeft de opnames gebruikt als dreigmiddel en heeft hiermee laten weten dat hij de werkgever al langere tijd niet vertrouwt, oordeelt de rechter. Hij heeft nooit excuses aangeboden of zijn dreigement volledig ingetrokken. Daarnaast heeft hij zijn wantrouwen of problemen met de werkgever nooit kenbaar gemaakt.
De kantonrechter oordeelt dat de verhouding ernstig en duurzaam is verstoord en dat er gezien het wantrouwen ook geen mogelijkheden zijn tot herplaatsing. De arbeidsovereenkomst wordt ontbinden onder toekenning van de wettelijke transitievergoeding.
In de praktijk
Het maken van geluidsopnamen van persoonlijke gesprekken is vrij eenvoudig en het gebeurt ook steeds vaker op de werkvloer. Werknemers hoeven het niet te melden als ze een opname van bijvoorbeeld een functioneringsgesprek maken.
Wat – strafrechtelijk gezien – niet mag, is het opnemen van gesprekken waar degene die de opname maakt, zelf niet aan deelneemt.
Stiekem geluidsopnamen maken van gesprekken (Rb. Rotterdam d.d. 07-02-2018)